Centraal op je netvlies bevindt zich de macula lutea of gele vlek, het stukje netvlies met de meeste kegeltjes van het hele netvlies. Die kegeltjes zorgen voor het scherp zicht en door de hoge concentratie op deze plek is dit ook de plek waarmee het scherpst gezien wordt. Naarmate je ouder wordt kan deze plek minder goed gaan functioneren en bij sommige mensen zelfs degenereren.
Dit noemen we dan leeftijdsgebonden macula degeneratie of kortweg LMD. Het begint meestal op één oog maar in vele gevallen slaat te ziekte uiteindelijk toe op beide ogen.
Je kan bij LMD twee verschillende types onderscheiden, droge en natte LMD.
Droge LMD komt het meest voor en is degeneratie van de macula zonder verdere andere aanwijzingen. Het ontwikkelt zich traag waardoor de patiënten het vaak veel te laat merken. Het lijdt tot een verlies van het centrale zicht.
Natte LMD komt minder vaak voor maar niet zelden nadat eerst droge LMD werd vastgesteld. Hier lijdt het proces veel sneller tot gezichtsverlies. De oorzaak hier zijn lekkende bloedvaten in de retina. 90% van de gevallen van zwaar gezichtsverlies zijn terug te brengen tot LMD. Natte LMD kan in een vroeg stadium behandeld worden waardoor gezichtsverlies tot een minimum herleid kan worden. Het is dus zaak van dit zo snel mogelijk vast te stellen. De patiënten zelf merken meestal niets tot er gezichtsverlies is en dan is het meestal te laat om in te grijpen.
LMD verergert gestaag én pijnloos. Het tast het centrale zicht aan. Meestal behoud je nog je perifeer zicht. Indien onbehandeld evolueert LMD in 17% van de gevallen in vijf jaar naar zeer ernstige LMD.
Als je zelf al symptomen merkt is het zeer hoge tijd om in te grijpen. Hieronder wat zaken die je kan waarnemen.
Eigenlijk weten we nog niet veel over de oorzaken van LMD maar verschillende studies wijzen naar roken, hoge bloeddruk en slechte voedingspatronen. Vitamines C en E, beta-caroteen, koper en zinksupplementen lijken het risico op LMD te verminderen.
Genetische overdracht kan je niet tegengaan natuurlijk. Je kan enkel zeer regelmatig je ogen laten checken bij de oogarts en hopen dat het snel wordt vastgesteld zodat een eventuele behandeling nog kan werken en er zo weinig mogelijk gezichtsverlies is.
Wat je wél zelf in de hand hebt:
Heb je vragen of twijfels na het lezen van dit artikel, vraag dan raad bij jouw opticien of oogarts.